vrijdag 14 april 2017

Melancholisch in Madrid

Niet eerder gepubliceerd
Geschreven op 14 december 2007


Vandaag wil het even niet, ik ben melancholisch, nee triest, verdrietig en teleurgesteld en een beetje eenzaam. Desondanks heb ik erg genoten van een paar mooie en leuke momenten. Het opstaan vanochtend, na twee dagen vroeg naar bed en niet in La Venencia te zijn geweest vanwege een keelontsteking, voelde ik mij weer goed en sterk. Ja nog een kuchje hier en daar en wat misselijk, maar opgeladen voor een zware dag. Things to do, people to see. Vandaag ga ik Sadi fotograferen, ze zit in mijn klas, is 22 jaar en erg fotogeniek. Dinsdag in de klas heb ik al een foto van haar gemaakt en zelfs ik ben tevreden, als dat niets zegt...

Daarna op school een pakketje uit Nederland! Geweldig leuke verrassing, bedankt Sas, het doosje puilde meteen uit van geluk. En dan in het Italiaans, ik dacht terug aan die tijd dat jij daar verbleef en wij soms uren aan de telefoon hingen. Mooi om dat moment vanochtend in de klas even te herinneren met mijn lerares, Espe. Het helpt me nu om mijn grootste emotie van deze dag opzij te schuiven. Er aan denkend moet ik toch weer huilen. Het is teveel op dit moment. Emotie op emotie. Alles tegelijk. Ja ik leef, de momenten van bezinning zijn de laatste dagen er amper geweest. Ik ben druk en het voelt heel goed, nu schakel ik terug en schrijf weer, om mijn gedachten te ordenen en mijn gevoel de ruimte te geven die nodig is.

De afgelopen dagen: ik schrijf er nog over, later als ik weet wat ze voor me betekenen. Nu zit ik nog midden in een verhaal waarvan ik zelf niet weet welke rol ik speel en wat de plot is. Ja het leven is onvoorspelbaar en ik geniet ervan. Maar hier nu al over schrijven, nee het verhaal moet nog rijpen, later, volgende week misschien.

Hier en nu, vandaag. Espe, mijn lerares. Ze is leuk, alternatief, ruimdenkend maar ook hangend aan oude cultuur. Ze houdt van taal en daar hebben we een klik, we zijn verliefd op dezelfde grammaticale structuren en genieten van de fonologie van het spaans. Ze is prettig in het contact en heeft humor, we begrepen elkaar bij het eerste oogcontact en vanaf de eerste dag dat ik les van haar had, voel ik me bij haar thuis. Als een vriendin die ik een tijdje niet gezien heb. Vanaf dinsdag vorige week bracht ik elke dag bonbons voor haar mee, de eerste maandag deelde ik een stukje van mijn chocolade met haar toen het lesonderwerp over eten ging. Ze vertelde me dat ze gek is op chocola, donkere chocola. Ik bracht haar chocolade hartjes en ze koesterde ze met twee handen, alsof het engeltjes waren, ja ze is ook nog eens heel lief.

Ik vroeg haar mee uit eten, vorige week. Ze had het druk maar zei geen nee. Volgende week, dan vertel ik je wanneer. Het is volgende week en ik heb het nogmaals gevraagd, via een kaartje, in het spaans, naturalmente, ze spreekt 1 woord engels: "no". Voor de goede orde: ze heeft een vriend, ja ik bederf de spanning, bewust. Zo voelde het voor mij vorige week ook, slim van haar om dat meteen te laten vallen. Gisteren zou ze antwoorden op mijn verzoek, ik hoorde niets van haar. Aan het eind van de middag spraken we kort, ze kon niet, heeft het te druk, teveel aan haar hoofd, dingen te doen. Wanneer ik terug kom, dan gaat ze met me eten, ik schud mijn hoofd en zeg veremos: we zullen zien. Bozig loopt ze weg.

Ik accepteer haar nee, maar begrijp het niet. 's Avonds denk ik erover na, ik kan geen reden verzinnen waarom ze niet zou willen. Ik moet het haar vragen. Vandaag na de les, we gaan even apart zitten in een leeg klaslokaal, de deur dicht. Onder vier ogen vraag ik het: "is er een culturele reden waarom je niet met me kunt uit eten?", ze antwoord nee. "Ik ga met je uit eten, nu kan het niet." Nogmaals: "Is er misschien een regel op school dat je niet mag uit eten met studenten?", zelfde antwoord: "nee, want ik ga vaker met studenten op stap, geen probleem". Derde vraag: "Wil je me vertellen waarom nu niet, en wel in februari? Ik wil het graag begrijpen."

Ze vertelt, en ik huil. Haar vader krijgt vandaag de uitslag van een onderzoek. Mogelijk wordt er darmkanker vastgesteld. Dan zal ze meteen naar huis gaan, bij haar familie zijn. Ik begrijp het en leg een troostende hand op haar schouder. Ze zegt me dat ze nu niet kan en wil huilen, ze is op school en moet sterk zijn. Dat ik het niet aan mijn klasgenoten moet vertellen. Ze wil er niet mee geconfronteerd worden. Ik vertel haar over Co en mijn nog onverwerkte verdriet over Hait. Ze troost me door te zeggen: het is OK dat je huilt. Ze is mijn vriendin, hier en nu. En dat zeg ik haar ook, "ik mag je erg graag en daarom kwam ik naar je toe, om te weten wat er aan de hand is". Ik wens haar veel sterkte we gaan weer verder met de dag.

Nu hier zittende en schrijvende in de kantine van de school, loopt Espe 1x voorbij om naar de wc te gaan. Ze raakt mijn schouder even aan, en de tranen rollen weer over mijn wangen. Opeens zijn alle andere zaken die mij bezighielden niet meer belangrijk. Net als een paar weken geleden in Appelscha bij de begrafenis van Tristan's vader, voel ik nu mee met haar verdriet en verwerk ik weer een stukje van mijn eigen. Ik ben haar erg dankbaar dat ze dit met mij wilde delen. Ik ben alweer een stapje verder. Er zullen er nog vele volgen. Muchas Gracias, Espe. Yo te queiro mucho!