Vandaag is C-day. Ik mag op bezoek bij Hans Carpay, dé hoofdpijnneuroloog van midden Nederland. Ik heb hoge verwachtingen. Zijn naam stond in het hoofdpijnartikel in de Elsevier van 6 oktober. De dag erna maakte ik deze afspraak. Ik ben vandaag meer dan welkom in het ziekenhuis in Blaricum, behalve dan dat ik moet betalen om te parkeren. Is dat gezondheidsbeleid, of discriminatie van de slechteren ter been? Op tijd, dat wil zeggen 3 kwartier te vroeg sta ik bij de balie voor een ponskaartje. Een ander ziekenhuis, een ander ponskaartje. Er valt nog heel veel te halen op gezondheidsgebied in Nederland. Maar dat is voor een later boek. Om 10 uur is mijn afspraak en ik overweeg even om door het Ziekenhuis te dolen. Ik heb tijd zat en vind het een leuke bezigheid het idee te hebben te verdwalen en dan toch weer de weg terug te vinden. Ja een mannending, nou en?
Wanneer ik even voor half tien plaatsneem in de wachtkamer bij de neuro-poli, hoor ik zacht mijn naam. Ik draai mij om en daar staat de man, ik roep: "dat ben ik" en loop met hem mee. Tenger, vriendelijk gezicht, heldere blik in de ogen en met zekere tred. Deze man weet wie hij is en wat hij doet, zelfverzekerd en vol vertrouwen. Hmm, ik ben benieuwd hoe dit gesprek gaat verlopen. Wanneer ik zit en hij vragen stelt over de verwijsbrief van de huisarts interrumpeer ik direct. Het verhaal van de huisarts is - alweer - niet correct. Ik overhandig hem mijn zelfgeschreven ziekte geschiedenis plus symptomen lijst. Twee A4-tjes vol. "Dan zal ik die eerst maar lezen, hè." Hé, ik word meteen gehoord, een expert, zijn methode is de mijne: verdiep je in de ander. Mijn onrust over het gesprek verdwijnt, ik laat hem verder in control. Dit komt goed!
Na wat heen en weer gepraat over mijn huidige toestand merkt hij op dat het moeilijk is om zonder de foto's uit Amersfoort verder iets te zeggen. "Nou dan bekijken we die nu toch even!" antwoord ik en tover de cd-rom met alle foto's en de MRI scan uit mijn binnenzak. "I'm always prepared!" Dit is samenwerken, ik zorg voor de input en hij vertelt er een mooi verhaal over. Meestal heb ik zijn rol, maar nu moet ik me wel even overgeven. Ik heb zijn kennis hard nodig om meer inzicht te krijgen. En ik wil nog iets doen aan mijn klachten, als hij weet wat, dan ga ik daar in mee. Hij bekijkt eerst de nek-rontgen, vervolgens de MRI en merkt meteen op dat er iets mis is aan de stand van de wervels. Huh? Dat is dan nieuws. En er is een beschadiging te zien tussen wervel 4 en 5, hoewel licht. In het ziekenhuis in Amersfoort was er niets mis met de stand. "Een lichte afwijking, maar niets ernstigs, daar kan je die klachten niet van hebben", was de conclusie daar.
Mr. C. beslist anders: je hebt een whiplash achtige ervaring, de irritatie in de wervels en de pijn die daardoor ontstaat zorgen er mogelijk voor dat de spieren zich aanspannen om de wervels in zo'n positie te plaatsen dat de pijn zo min mogelijk gevoeld word. Een beknelling van een zenuw is dan goed mogelijk. Mijn verdoofde gevoel boven het oog en naast het oor aan de gehele rechterkant wordt daardoor veroorzaakt. Hij noemt het klachtenbeeld typisch horend bij deze problemen van de nek. Dat ik ook nog moet "knakken" met mijn nek vanwege oplopende druk completeert het plaatje. Zijn verhaal is consistent met waar ik zelf al die maanden van overtuigd ben geweest. Het een hangt met het ander samen en er is echt iets mis in mijn nek. Ik ben geland, of beter nog: ik ben thuisgekomen. Wat goed dat ik heb doorgezet, tegen alle weerstand in. Nee ik noem hier geen namen, wie de schoen past enzo. Dit is mijn strijd die ik gestreden heb met een handvol getrouwen, hen dank ik voor dit resultaat. Want al lijkt het mager, deze erkenning voor mijn "gelijk" geeft heel veel rust en vertrouwen.
Het inzicht dat ik verwerf dankzij Hans Carpay brengt mij meteen weer verder, ik hoef niet meer te zoeken naar antwoorden, die heb ik nu net allemaal gevonden. Het vervolg past ook helemaal in mijn strategie: een aanval op alle fronten tegelijk. Dus én cognitieve gedragstherapie om mentaal sterk genoeg te zijn deze klachten te dragen én fysiotherapie (oefentherapie) om het fysiek te versterken en de stand van de nek te verbeteren. Onder het voorbehoud dat deze klachten mogelijk nooit helemaal verdwijnen, vertelt Hans Carpay wel goede verwachtingen te hebben op verbetering. Hij biedt aan: fysio/manuele therapie óf bij SOMT in Amersfoort óf in huis in Blaricum bij een therapeute die hij wekelijks spreekt. Geen twijfel, ik rijd wel op en neer naar Blaricum, die 5 minuten extra zijn het mij meer dan waard nu ik dit vertrouwen hier heb. Ik bedank hem uitdrukkelijk voor zijn tijd, tenslotte is het een second opinion. Hij nodigt mij uit om in maart terug te komen, wanneer ik al een tijdje fysio heb genoten. Lachend verlaat ik het ziekenhuis, nu wel.
Dit is een deel uit een reeks, eerder verscheen al hoofdstuk 1 van De Therapie over mijn eerste ervaringen bij een manueel therapeut. Nog te verschijnen delen zijn: Het Onderzoek in 3 delen, De Arts in 3 delen, De Specialist hoofdstuk 1, hoofdstuk 2 t/m 5 van "De Therapie" en een aantal tussendeeltjes.
dinsdag 27 november 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Rob, dit is werkelijk fantastisch nieuws. Dit verhaal roert mij. Inderdaad: eindelijk heb je dan erkenning voor je klachten en heb je nu een goede basis om van je klachten af te komen. Joh, en wat een timing zo net voor je vakantie! Kun je extra genieten.
groetjes,
Patrick
Een reactie posten