Al een paar dagen voel ik me anders dan normaal. Nou ja, dan voorheen. Hmmm nee, dan dat ik mij eerder vaak voelde, of eigenlijk altijd al voelde. Ja sinds een paar jaar dan.
Dinsdag begon het, tegen de avond. Ik had een shot vitamine D genomen en sinds maandag volg ik een heel strikt dieet. Dat dieet is bedoeld om mijn darmen rust te gunnen, ze te herstellen en te ondersteunen en te zorgen dat essentiele voedingsstoffen weer worden opgenomen.
Al een jaar of twee heb ik ernstige vitaminen tekorten en geregeld last van diarree. Ook voel ik me vrijwel voortdurend doodmoe en slap en futloos. Ik slaap veel. Heel veel. En als ik het in mijn bol krijg om eens wat te doen - een lichte wandeling, een voorzichtig fietstochtje - dan slaap ik daarna nog veel meer. Na elke inspanning, hoe klein ook, lig ik dagen uitgeput op bed.
Ergens in 2008 is dit begonnen. Soms ging het eens wat beter, een dag of twee, langer hield dat dan niet aan. Ik zwom, wandelde en fietste en telkens na een periode van een maand of 2, of 3 etc. moest ik daarmee stoppen omdat ik mij helemaal uitgeput voelde. In het najaar van 2010 begon ik me nog ellendiger te voelen, als een uitgewrongen vaatdoek.
Ik bleef van alles ondernemen, theatercursus, schrijfcursus, pianoles, een workshop, een training, vrijwillegerswerk. En voelde mij daarbij steeds minder fit. Ik probeerde mijn fysieke inspanningen te beperken tot een minimum om maar voldoende energie te hebben voor de leuke dingen. Alhoewel leuk: met zo weinig energie zijn de leuke dingen ook een opgave. Een grote opgave. Na het fietstochtje naar de stad voor mijn cursus, was ik vaak te moe om nog volop deel te kunnen nemen. Of te prikkelbaar om in alle rust mee te doen.
Beetje bij beetje, in het tempo waarmee een sluipwesp zijn prooi nadert, verloor ik het plezier in alles. Mijn vermoeidheid, mijn fysieke pijnen - sinds 2007 heb ik chronische hoofd en nekpijn - mijn lusteloosheid, mijn gebrek aan concentratie en aandacht en mijn onvermogen om mijzelf nog te motiveren in actie te komen, brachten mij langzaam bij de afgrond tussen leven en dood. Ik was mijn wilskracht aan het verliezen, ik wilde niet meer leven als dat alleen maar betekende dat ik aan het overleven was. Overleven waarvoor? Om te overleven?
En nu sinds een dag of drie, heb ik een gevoel in mijn lijf van energie. Een prikkende, tintelende, springerige energie. Zo'n energie die je wil laten rennen en huppelen. Energie waarvan je zin krijgt om iets te doen, energie die je voortdurend laat weten dat je leeft. Euhh, wat is dit???
Misschien een vage herinnering aan een gevoelsspoor uit een ver verleden. Ken ik dit? Ja, het moet haast wel. Ik kan me niet voorstellen dat ik 47 ben geworden zonder ooit dit gevoel van LEVEN eerder te hebben ervaren. Het moet haast wel dat ik tot een paar jaar geleden dit gevoel regelmatig, misschien wel vaak of haast altijd had. Dat het zo vanzelfsprekend was dat ik er niet bij stil stond.
Het is heerlijk om mij zo te voelen. Ik sta er haast elk moment bij stil. Niet om te weten of het er nog is. Nee, juist om het ten volle te ervaren, het te laten stromen in mijn lijf. En ik hoef er niets mee te doen. Misschien uit angst dat als ik ga fietsen, rennen en zwemmen, dat het zo weer 'op' is. Al geloof ik daar niet in. Dit gevoel is echt, en is er later ook weer. Misschien niet continu, maar dat ben ik gewend: het is er jaren niet geweest. En nu weer wel. Het gevoel is terug! Dit gevoel, dat ben ik!
Dinsdag begon het, tegen de avond. Ik had een shot vitamine D genomen en sinds maandag volg ik een heel strikt dieet. Dat dieet is bedoeld om mijn darmen rust te gunnen, ze te herstellen en te ondersteunen en te zorgen dat essentiele voedingsstoffen weer worden opgenomen.
Al een jaar of twee heb ik ernstige vitaminen tekorten en geregeld last van diarree. Ook voel ik me vrijwel voortdurend doodmoe en slap en futloos. Ik slaap veel. Heel veel. En als ik het in mijn bol krijg om eens wat te doen - een lichte wandeling, een voorzichtig fietstochtje - dan slaap ik daarna nog veel meer. Na elke inspanning, hoe klein ook, lig ik dagen uitgeput op bed.
Ergens in 2008 is dit begonnen. Soms ging het eens wat beter, een dag of twee, langer hield dat dan niet aan. Ik zwom, wandelde en fietste en telkens na een periode van een maand of 2, of 3 etc. moest ik daarmee stoppen omdat ik mij helemaal uitgeput voelde. In het najaar van 2010 begon ik me nog ellendiger te voelen, als een uitgewrongen vaatdoek.
Ik bleef van alles ondernemen, theatercursus, schrijfcursus, pianoles, een workshop, een training, vrijwillegerswerk. En voelde mij daarbij steeds minder fit. Ik probeerde mijn fysieke inspanningen te beperken tot een minimum om maar voldoende energie te hebben voor de leuke dingen. Alhoewel leuk: met zo weinig energie zijn de leuke dingen ook een opgave. Een grote opgave. Na het fietstochtje naar de stad voor mijn cursus, was ik vaak te moe om nog volop deel te kunnen nemen. Of te prikkelbaar om in alle rust mee te doen.
Beetje bij beetje, in het tempo waarmee een sluipwesp zijn prooi nadert, verloor ik het plezier in alles. Mijn vermoeidheid, mijn fysieke pijnen - sinds 2007 heb ik chronische hoofd en nekpijn - mijn lusteloosheid, mijn gebrek aan concentratie en aandacht en mijn onvermogen om mijzelf nog te motiveren in actie te komen, brachten mij langzaam bij de afgrond tussen leven en dood. Ik was mijn wilskracht aan het verliezen, ik wilde niet meer leven als dat alleen maar betekende dat ik aan het overleven was. Overleven waarvoor? Om te overleven?
En nu sinds een dag of drie, heb ik een gevoel in mijn lijf van energie. Een prikkende, tintelende, springerige energie. Zo'n energie die je wil laten rennen en huppelen. Energie waarvan je zin krijgt om iets te doen, energie die je voortdurend laat weten dat je leeft. Euhh, wat is dit???
Misschien een vage herinnering aan een gevoelsspoor uit een ver verleden. Ken ik dit? Ja, het moet haast wel. Ik kan me niet voorstellen dat ik 47 ben geworden zonder ooit dit gevoel van LEVEN eerder te hebben ervaren. Het moet haast wel dat ik tot een paar jaar geleden dit gevoel regelmatig, misschien wel vaak of haast altijd had. Dat het zo vanzelfsprekend was dat ik er niet bij stil stond.
Het is heerlijk om mij zo te voelen. Ik sta er haast elk moment bij stil. Niet om te weten of het er nog is. Nee, juist om het ten volle te ervaren, het te laten stromen in mijn lijf. En ik hoef er niets mee te doen. Misschien uit angst dat als ik ga fietsen, rennen en zwemmen, dat het zo weer 'op' is. Al geloof ik daar niet in. Dit gevoel is echt, en is er later ook weer. Misschien niet continu, maar dat ben ik gewend: het is er jaren niet geweest. En nu weer wel. Het gevoel is terug! Dit gevoel, dat ben ik!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten