dinsdag 20 september 2011

Dissipatie

"What goes down must come up!"

We gaan er voetstoots van uit dat het andersom is. Dat alles wat op gaat ook weer neer gaat. Is dat niet een heel erg Nederlandse, veilige - "je kop niet boven het maaiveld uitsteken" - gedachte? Volgens mij is het namelijk andersom. We stoppen bollen onder de grond, die komen op. In de achtbaan ga je naar beneden om daarna weer omhoog te gaan. Daarbij verliest het karretje wat aan potentiële energie door wrijving - dissipatie - maar de wet van behoud van energie is geldig. Alleen door dit verlies sterft het plezier van het achtbaan rijden langzaam uit. Uiteindelijk is de potentiële energie op en stopt het. Zo ook met het leven, we verliezen steeds een beetje aan potentie, tot alles op is en we doodgaan. En het knolgewas houdt er ook ooit een keertje mee op. Het perpetuum mobile bestaat niet, zo ook niet het eeuwige leven. En voor de economie geldt iets soorgelijks. Daar hebben we de rente uitgevonden om de 'kleine' verliezen die er ontstaan bij het vermaken van geld te compenseren. En daarom is het systeem ook duurzaam: het gaat goed zolang als het duurt. Juist: zolang er nog potentie in het systeem zit. Maar die rente, daarin zit nu juist de kneep. Want het maakt ook dat het systeem een einde kent. Het is overigens vanzelfsprekend dat we op alles wat we creëren het natuurlijke principe toepassen. We doen wat we kennen, wat de natuur - evolutie is hierin niet meer dan de leerschool van jaren van alles wat bestaat - ons aanreikt. Dus maken we een systeem voor ons geld waarbij er steeds iets verloren gaat. Zodat het uiteindelijk vanzelf tot stilstand komt. Of omvalt, of hoe je het ook noemen wilt. Als je wilt fietsen moet je blijven trappen, anders val je om. Dat geldt ook voor ons geldsysteem. Zolang we het omhoog blijven pushen komt het naar beneden, en zodra het naar beneden gaat, heeft het alweer de neiging om op te stijgen. Dat gaat vanzelf goed. En dat is wel zo perpetueel.